dinsdag 20 september 2011

Getting Sexy for Summer in Sydney


‘Ben je beroemd?’ vraag ik. Toch even checken denk ik. Ooit werd ik wakker naast iemand die achteraf een bekende gitarist van een band bleek te zijn. Mijn muziek kennis van Australische bands gaat niet verder dan Men at Work, AC/DC, INXS, Kylie Minogue. Uiteraard heb ook ik ooit aambeien geblazen op een didgeridoo  gemaakt van een Hollandse regenpijp. Waltzing Matilda zagen we op straat liggen, getekend in balpen.

Hij is de zanger van een band, treedt op door het land. ‘Floating me’. Zijn twee dochters spelen met onze kinderen in ons park . De bolderkar kennen ze hier niet, daar maak je vrienden mee. Vrijwel alle kinderen rijden op scooters, de kleine stepjes die goed zijn voor je balans, en uitermate geschikte zijn voor het beklimmen of afdalen van de bergen in Sydney. Drie kleuters passen best in de laadbak van de bolderkar, één mag trappen en een ander duwt. Hard werken.

‘Ik zou hier niet gaan zwemmen’, zegt hij. ‘Er kunnen haaien zitten die  behoorlijk agressief zijn.’ Ik kijk naar de zeilboten, de lasers, en de kleintjes die pootje baden in Double Bay Harbour. ‘Er zijn hier geen sharknets zoals op andere strandjes’. Voor mij is het water nog veel te koud. Als het echt zomer wordt dan kunnen we terecht een baai verderop waar een zwembad is  gemaakt. Ook op loop-, fietsafstand. Het is prachtig met de lentezon. 
Zeilen, dat gaan we zeker doen, Rudi & ik.

GET FIT FOR SUMMER staat er op een A4tje dat met een frivool koordje om een lantaarnpaal is geknoopt. Een foto van een goddelijk lijf en een telefoonnummer van de personal trainer. Vanaf zonsopgang wordt er getraind. De hele dag door zie je ze. Sportieve mannen. Strakke dames in sportoutfit met zonnebril en zonneklep op. En make-up. Ze maken kniebuigingen voor de trainer met dat goddelijke lijf en pet op. Dieper. Meer. Nog een laatste keer. Boxen is ook favoriet, rammen tegen een kussen in zijn sterke handen. Iets doen met gewichten en hardlopen maken het totale GETFITFORSUMMER programma compleet.

Na een top pilates-workout in het park, gegeven door een strakke moeder uit de klas van Morris, leef ik me uit op de oude muur in onze tuin en krap de oude verf eraf.

Iedereen lijkt sportief hier in DOUBLE BAY. Rijk en succesvol. Oudere dames zien er ‘Maastrichts sjiek’ uit met parelsnoeren, grote Chanel brillen en altijd rode lippenstift op en nagels die net gelakt zijn door de manicure. Mannen spelen met ontbloot lijf rugby en stappen vervolgens in hun cabriolet. Ik kijk en denk terug aan Songkhla en glimlach. Mij hoor je niet klagen. Dit is welvaart en ik float mee.















dinsdag 6 september 2011

Doornroosje in Sydney


'Misschien slaapt ze wel 100 jaar?' fluistert Lotus. 

Ik ben geprikt. Naalden in mijn voeten, handen, hoofd. Ik glimlach. Het gaat vanzelf. Het lijkt alsof ik zweef.

Ik heb wat extra steun nodig bij het landen hier in Sydney. Bijna een maand hier en het gevoel alsof ik er nog niet in pas. In een stad waar alles perfect lijkt, perfect is, lijkt strijdlust overbodig en mis ik de energie om de boel op te starten.

Ik snuif de wierook op. Het witte licht in het tuinhuis van de acupuncturist herinnert me aan onze zweefwoning in Amsterdam. Deze stad lijkt op Londen, op New York, op Barcelona, op Amsterdam…zonder mijn vrienden en familie.

In Thailand was alles anders dan Nederland waardoor ik me op een andere manier kon focussen. Deze westerse wereld schept verwarring, de afstand wordt ineens heel groot en ik krijg koud water vrees. Ik ben er licht in gestapt. Iedereen zei toch dat Sydney fantastisch is?

‘Over een week ben jij van de koude handen en voeten af’, zei de acupuncturist.

Hij heeft gelijk.

Het is maandagmorgen. Ik lig op zijn behandelbank in het witte tuinhuis. De naalden zitten in mijn rug. Farah en Lotus spelen doktertje op de Thaise mat in de tuin met Boeddhabeeld. De ochtendzon verwarmt hen direct en mij door het raam. Het is geruststellend om zo te kunnen liggen, gedachten te laten komen en gaan, terwijl zij samen doorkeuvelen. Ik voel me warm en geborgen.

Door het gat in het hoofdeinde van de massagebank aanschouw ik bloemetjes in het kommetje. Pril, nieuw begin. Mijn ogen zijn weer open gegaan. Bewust dingen opnemen en te laten zakken. Op de Dvd-speler lees ik: PLAYED MUSIC:  'de gehoorde stilte', in het Nederlands.

‘We zijn er bijna, we zijn er bijna, maar nog niet helemaal, helemaal!’ zong ik met broer en zus als we onderweg waren in onze witte eend. We zijn er. Bijna.

‘Nog een paar keer terugkomen. Detoxen. Ruimte creëren, opruimen en plek maken voor nieuwe dingen.’

In huis verschuif ik de meubels. Vaste plekken moet ik maken zodat in de vroege ochtend onrustige zoektochten naar sleutels, mobiles en de verplichte school-hat kunnen worden voorkomen. Vijf man die allemaal een eigen stukje willen, zorgt voor territoriumdrift. Ik ben ongeduldig en snel geirriteerd. Ik weet dat het tijd kost om uiteindelijk allemaal onze plek te vinden.



Afgelopen vrijdag werd er op school van Morris Fathersday Breakfast gehouden van 7:30 – 8:45. Ik had braaf het formuliertje ingevuld dat wij graag wilden deelnemen en betaalde het bedrag van $20. Er was een professionele mobile koffiekraam met de lekkerste cappuccino’s, long blacks, bacon & eggs, croissants, muffins, aardbeien en verse sapjes. Ik stond in de rij van de koffie en bekeek de vaders. Strak in het pak, allemaal niet de jongste meer (grijs, kaal, maar wel getraind), een enkeling in sportoutfit (papa dag?) De kinderen mochten joelend vliegtuigjes -door vader gevouwen-  gooien naar het hoofd van de school.

Ik vroeg toen ik mijn tweede koffie op had aan Rudi: ‘waar blijven toch alle moeders?’ en terwijl ik het vroeg voelde ik dat mijn hoofd rood werd. Fathersday……daar had ik helemaal niet bij mogen zijn.
Wrong place…..
Deze European blijft volgend jaar met Vaderdag lekker in haar bed liggen.

Vrijdag komt Rudi weer terug uit Papua Nieuw Guinea. Ik ben al wakker, maar zal doen alsof ik nog slaap. 












maandag 5 september 2011

wie wat bewaart....



De dozen zijn uitgepakt, en sommigen weer opnieuw ingepakt. Moeten boeken anno 2011 nog een kast staan te verstoffen als de aanschaf van de Ipad in de planning zit?  Heb ik überhaupt tijd of zin om oude boeken te herlezen? ‘De Kunst van het reizen’, ‘Ondragelijke lichtheid van het bestaan’ en ‘Zout op m'n huid’ gaan weer terug in de doos. Uit dezelfde tijd een boek waar voorin staat geschreven:




Het is het boek ‘LES PAPOUS, peintures corporelles parures et masques’, Malcolm Kirk. Het zijn de fascinerende portretten van Papuas die Rudi en ik vorige week hier in Sydney hebben bewonderd in het Australian Museum. Indringende blikken van krijgers die je zo de strot door lijken te willen snijden. De foto’s kwamen me al zo bekend voor…

Vaak word ik voor gek verklaard hoeveel ik nog meesleep van de ene plek naar andere. Ik blader door tientallen oude albums en zie foto’s van andere verhuizingen. Steeds dezelfde gezichten die iedere keer weer bereid waren om de quasi kunstwerken van de academie en teveel opbergdozen met plaatjes en boeken ‘die ik misschien ooit nog nodig zou hebben’, te verkassen naar een –wederom- tijdelijke woning.

Mijn bewaardrang wordt beloond. Rudi kijkt me vol verbazing aan als ik het boek uit een van de laatste dozen pak en op de schouw zet. De man met wie ik toen samenwoonde woont inmiddels al jaren samen met zijn vrouw in Australië. Rudi is vrijdag voor een week vertrokken naar de boortoren in Papua Nieuw Guinea. Ik glimlach. Wie weet herkent hij één van de mannen.

Ik lees ‘Fien en Pien’ voor aan mijn meiden, en Morris heeft ‘Wipneus en Pim’ gevonden. Pure nostalgie. Oude boeken die een warm gevoel geven en mij weer even thuis brengen, daar waar ik vandaan kom. 





zaterdag 3 september 2011

Sydney, zaterdag 6 augustus


De lucht is fris. De lucht is blauw. Helder. Ik snuif Sydney op. We zijn er!

De A380 airbus van Singapore Airlines heeft ons in nog geen 8 uur van Singapore naar de plek van bestemming gebracht. ‘De beste keuze qua Airlines’, aldus Mart. “Gewoon Singapore Sling bestellen, schat”, zei hij.
Zweedse & Italiaanse dramafilms, ‘Kungfu Panda 1&2’, ‘Rio’ en ‘Princess and the frog’ hielden mij en de kinderen de hele nachtvlucht bezig op de achterste bank. Het hele vliegtuig sliep, maar wij kropen met z’n allen op drie stoelen en ik bestelde nog een cocktail in dit super-de-luxe toestel.
‘Liefde is: met drie kinderen naar de andere kant van de wereld vliegen’, was de sms van m’n moeder. Zo voelde het. Natuurlijk was het afscheid zwaar geweest van drie generaties op Schiphol. Het liefste had ik ze meegenomen.

We bekijken de wereldkaart op het schermpje voor ons. Amsterdam-Singapore was precies 12 uur vliegen. Tien uur geslapen in het airport hotel en uitgerust doorgevlogen. We hadden niet eens tijd gehad om een duik in het zwembad te nemen.

We zoomen in op Sydney. ‘Daar is de haven, the Operahouse, het business disctrict waar Rudi  vanuit een wolkenkrabber de toren aanstuurt in Papua Nieuw Guinea en daar in Double Bay is ons huis. Vlak bij het water. ‘Je kan zo naar de overkant springen!’ zegt Lotus als ze Port Jackson ziet.
‘Waar zijn we nu dan?’ vraagt Morris. We vliegen boven Australië’, zeg ik.
‘Da’s ook niet ver, je zei dat het ver was.’
Hij baalt dat hij ‘Rio’ niet kan afkijken.

Ik ben zenuwachtig als we bij de douane staan. Straks komen we er niet in, had ik toch een uitdraai van ons 427 visum moeten hebben. In Nederland leek het er op dat Farah& Lotus waterpokken hadden, maar nu waren ze wel weer ok. De paspoorten werden gescand, en door!!! Yes.

‘Any fruit, food or vegatables?’ ‘NO.’ We konden doorlopen met onze schone schoenen.

Rudi!!

Huurauto.

Huis.

Madness zingt: Our house, in the middle of the street. We zingen met zn vijven.



Het huis is geweldig. Een soort Daltons-huis uit de jaren ‘20 in Londen met een ‘Avatar boom’ aan de overkant. Naald en loofbomen. Een denne-, palm-en eucalyptusboom in onze achtertuin, een bizarre mix van veel groen.
Vijf minuten lopen naar het strandje en de haven van Double Bay, het vertrekpunt van de pont. Waar mensen in korte broek lopen en sommigen met laarzen en dikke truien. Het is fris maar zonnig. Wintersport lucht met rondvliegende papegaaien.

Rudi neemt ons mee naar Watson Bay, 10 minuten rijden van ons huis. Ik voel me alsof ik op het zuidelijkste puntje van Bali sta en een cecak-dans ga meemaken bij zonsondergang. Duizelingwekkende rotsen. Water dat met een enorm geweld tekeer gaat.

De kinderen spelen in de speeltuin en ik krijg een telefoonnummer van een Engelse die sinds 4 jaar hier woont. ‘My husband is dutch, call me any time’.
We eten ‘fish&chips’ in de baai bij zonsondergang waar Farah het eerste in het water gaat pootje baden en Morris een soort Opera House bouwt in het zand.
= geluk.

 ’s Avonds is het vroeg donker en kruipen we op de Thaise kussens bij de verrijdbare verwarming die Rudi gekocht heeft. Mn neus is koud, maar m’n koude handen en billen worden snel verwarmd.
Het ‘Tell Sell-luchtbed’ brengt me uiteindelijk in een coma. De kinderen slapen 15 uur met een onderbreking van een uurtje om 3 uur ‘s nachts. We dragen sokken in bed, en trekken een trui aan. Ik heb na 3 jaar Thailand weer eens mijn thermo jack aan uit IJsland in huis.



Maandag 8 augustus

‘Nice chickens’, zegt een leuke man als ik oversteek met m’n drie kinderen. Inderdaad, iiiiedereen is hier aardig ;-) Het is waar. Op dag 2 weer een telefoonnummer van een moeder in het park gekregen. Altijd handig om wegwijs te worden.
IKEA bezorgt de slaapbank die we gisteren hebben gekocht. Voor als er gasten komen. Ik hoop het. Zou het aan iedereen willen laten zien.